De AOW-leeftijd gaat omhoog en toch eerder met pensioen?
De AOW-leeftijd gaat weer omhoog. Ben je geboren in 1961 dan kun je pas vanaf 67 jaar en 3 maanden de eerste AOW-uitkering ontvangen.
Ben je na 30 september 1961 geboren? Dan is jouw AOW-leeftijd in ieder geval 67 jaar en 3 maanden, maar er kan ook zomaar later worden.
Als je kijkt op de site van www.SVB.nl dan zie je dat als je geboren bent in het jaar 2000, dat je verwachte AOW-leeftijd 70 jaar is. Niet iets om vrolijk van te worden!
Maar is de AOW-leeftijd ook je persoonlijke pensioengerechtigde leeftijd? Kun je niet eerder met pensioen?
Natuurlijk kan dat!
De meest voor de hand liggende methode is zorgen voor voldoendevermogen om de periode tot de AOW-leeftijd te overbruggen.
Maar er zijn ook nog andere manieren.
Laat me één van de manier toelichten.
In de Wet op de Loonbelasting (artikel 18d lid 3, voor de liefhebbers) staat onder andere dat je je eigen pensioenuitkering zo mag inrichten dat je de jaren tot de AOW-datum een hogere uitkering krijgt dan de latere jaren. Dat gaat verder dan alleen maar een traditionele hoog/laagconstructie. Je mag namelijk een uitkering krijgen die het gemis aan AOW volledig compenseert.
Hoe werkt dat dan?
Een voorbeeld.
Stel je wilt stoppen op 1 januari 2023 en je hebt een kapitaal vanuit een beschikbare premieregeling opgebouwd van € 250.000. Je bent geboren op 1 januari 1958 en je AOW gaat in op 1 januari 2025. Je wilt dus 2jaar vervroegen. Je wilt voor je partner nog wel voor een partnerpensioenzorgen.
Zou je het pensioen gewoon laten ingaan op 1 januari 2023dan zou er op grond van de huidige tarieven een maandelijkse uitkering beschikbaar komen van bruto € 1.089 per maand. Kom je te overlijden, dan krijgt je partner een bedrag van bruto € 762 per maand.
Genoemde bedragen zijn gebaseerd op een vaste, levenslange uitkering. De uitkering wordt niet meer aangepast.
Wil je nu het AOW-hiaat vullen, al dan niet gedeeltelijk?
Dan komt er een uitkering uit van € 1.909 bruto per maand. Op de AOW-leeftijd wordt dit verlaagd naar € 972 per maand. De eventuele uitkering voor de partner blijft € 762 per maand.
De bedragen die vanuit de AOW worden ontvangen zijn hier nog buiten beschouwing gelaten.
Is dit een goede deal?
Dat hangt er van af. Je moet je realiseren dat deze ruil leidt tot een levenslang lagere uitkering vanaf AOW-leeftijd.
Als je niet zo oud wordt (en wie weet dat?) dan is het zeker een goeie deal. Maar wordt je stokoud, dan kun je achteraf spijt krijgen. Zonder rekening te houden met rendement komt het er op neer dat je ongeveer vanaf je 80ste de verzekeraar aan het spekken bent geweest. Maargoed, dat kun je dus niet van tevoren inschatten.
En dan is er natuurlijk nog de fiscus. Je betaalt vóór de AOW-datum meer inkomstenbelasting dan ná de AOW-datum. Dat betekent dat je eerst een nog hogere uitkering moet hebben om dit extra hiaat te compenseren en dat gaat natuurlijk ook extra van je levenslange pensioen af.
Je zult je misschien afvragen, moet ik dat dan wel doen? En dat is een goeie vraag.
Ik wil je graag helpen bij het beantwoorden van die vraag. En kijk daarbij, als je wilt, verder dan alleen maar naar het pensioenverhaal.
Blijft nog één belangrijke vraag over. Als je eerder met pensioen wilt gaan, waarom wil je dat? Heb je nog andere plannen? Heb je het niet meer naar je zin? En misschien worstel je wel met een hele diepzinnige vraag, namelijk “wat wil ik nog met mijn leven?”
Wil je daar ook eens over sparren? Dat doe ik graag, in de wetenschap dat het uiteindelijke antwoord op deze vragen uiteraard van jou moet komen.